Afgelopen week stond in het teken van de Frankfurter Buchmesse. Op woensdagochtend stapte ik met een collega in de trein en woensdagmiddag tot en met vrijdagavond maakten we de beurs onveilig. Lange en volle dagen, met afspraken, ontmoetingen, indrukken en heel veel ideeën. In dit blog een poging tot een samenvatting.
Om te beginnen was het heel goed om allerlei mensen weer te zien. Hoewel de naam Buchmesse impliceert dat het om boeken draait, is dat niet het geval. Op de Buchmesse draait het om mensen. Het was dan ook heel fijn om kennismakingen te hernieuwen, mensen even gedag te zeggen en bij te praten met oude vrienden uit m’n uitgeverij-tijd, zowel op zakelijk als op persoonlijk vlak. Stom genoeg kom je elkaar in Nederland te weinig tegen, maar op de Messe tref je elkaar gegarandeerd.
Natuurlijk had ik ook een aantal afspraken, onder andere met collega’s van Brookes University uit Oxford en de Hochschule der Medien uit Stuttgart. Langzaam maar zeker begint er met beide opleidingen een leuke samenwerking te ontstaan. Met Oxford zijn we, na twee kleinschalige uitwisselingen, al wat verder en ook met Stuttgart beginnen we nu plannen te maken. Dat lukt alleen maar als je elkaar af en toe spreekt en echt persoonlijk contact hebt, en daarvoor is een beurs natuurlijk heel erg geschikt. Dus dronken we op de Finse stand vodka met de Engelse collega’s, aten we Frankfurter worstjes met een Duitse collega en praatte ik op de Duitse opleidingsstand nog uitgebreid door met een andere Duitse collega. Dat gaat leuke dingen opleveren!
Wat ik bijna zou vergeten, is dat we dit jaar ook weer een aantal studenten bij ons hadden, die momenteel stage lopen in de uitgeverij en die, geheel facultatief, de beurs bezochten. Ze hadden zelf al een paar afspraken met hun stagebedrijven, wij introduceerden ze her en der en het was een feest om te zien hoe studenten die nog geen jaar geleden vrij weinig van het vak wisten, zich nu als beginnend professionals over de Messe bewogen.
Tussen de bedrijven door heb ik vooral rondgewandeld in de hal met educatieve en wetenschappelijke uitgevers, om na te gaan wat de ontwikkelingen op dat vlak zijn. Ik had het idee dat de ontwikkelingen ten opzichte van vorige jaar nog niet erg groot zijn: de focus ligt heel erg op het ‘e-vlak’, maar dan met name op de technische kant daarvan. Het gaat om de conversie van content, het pushen naar verschillende devices en handige oplossingen op het gebied van contentmanagement. Dat is weliswaar een verschuiving ten opzichte van een paar jaar geleden, toen het vooral heel erg draaide om de devices zelf, maar ik vind het jammer dat de focus niet meer op de inhoud zelf ligt. Natuurlijk, er zijn wel allerlei uitgevers bezig met het vertalen van hun producten naar e-versies, maar het is vaak nog heel erg het 1-op-1-omzetten van printmateriaal, en iedereen denkt na over zijn eigen app, ebook, omgeving of website. Het wachten is op een platform of omgeving waar iedereen zich min of meer in thuisvoelt, en dan vermoed ik dat de volgende stap, waarin de content centraal staat, ineens snel genomen zal worden. Wie weet hoe de zaken er volgend jaar voor staan?
In vogelvlucht is dat waar ik me de afgelopen week mee bezig heb gehouden. Natuurlijk was er meer, veel meer, maar dat moet eerst even rustig op z’n plek vallen. Eerst aankomende week maar eens aan de slag met al het werk dat is blijven liggen…
